Weer ruimte op stroomnet Noord-Brabant en Limburg

Stroomnet

Weer ruimte op stroomnet Noord-Brabant en Limburg

Afgelopen juni maakte landelijke netbeheerder Tennet bekend dat nieuwe bedrijven in Noord-Brabant en Limburg voorlopig geen transportcapaciteit konden krijgen en dat bestaande bedrijven hun transportcapaciteit niet konden uitbreiden. Dit als gevolg van de snelle opkomst van onder meer warmtepompen, laadpalen en de elektrificatie van de industrie waardoor in deze provincies onvoldoende transportcapaciteit beschikbaar was. De afgelopen maanden deed Tennet onderzoek naar de mogelijkheden voor toepassing van congestiemanagement. Uit het recent gepubliceerde onderzoeksrapport blijkt dat Tennet verwacht dat met toepassing van congestiemanagement extra capaciteit beschikbaar kan komen. Hierdoor lijkt er voor bedrijven in Noord-Brabant en Limburg weer ruimte op het stroomnet te komen.

Aansluitplicht

Artikel 23, eerste lid, Elektriciteitswet 1998 bepaalt dat iedereen die daarom verzoekt het recht heeft op een [elektriciteits]aansluiting. Deze bepaling kent geen uitzondering, ook niet als er onvoldoende transportcapaciteit op het net is. Deze aansluitplicht moet onderscheiden worden van de verplichting om een aanbod te doen voor transport van elektriciteit op grond van artikel 24, eerste lid, Elektriciteitswet 1998. Op grond van dit artikel is de netbeheerder verplicht om aan degene die daarom verzoekt een aanbod tot transportcapaciteit te doen. Deze verplichting geldt niet als de netbeheerder redelijkerwijs geen [transport]capaciteit ter beschikking heeft.

Congestie

Net als op het wegennet kan er op het elektriciteitsnet sprake zijn van filevorming. Dit noemen we congestie. Van congestie is sprake als door de netbeheerder wordt vastgesteld dat het gebruik van transport van elektriciteit [transportcapaciteit] groter is dan het elektriciteitsnet aankan. Van congestie is dus sprake als er onvoldoende transportcapaciteit is. Bij het vaststellen van congestie mag de netbeheerder niet uitgaan van het contractuele gebruik van het elektriciteitsnet; hij moet uitgaan van het fysieke gebruik [fysieke congestie], oftewel het daadwerkelijke gebruik van de contractueel vastgelegde transportrechten. Ook als sprake is van fysieke congestie mag de netbeheer niet zomaar weigeren transportcapaciteit aan te bieden. De netbeheerder zal dan moeten aantonen dat alle maatregelen zijn genomen om toch aan het verzoek te voldoen zijn uitgeput en er desondanks onvoldoende transportcapaciteit beschikbaar is.

Paragraaf 9.1 van de [gewijzigde] Netcode elektriciteit [hierna: Netcode] bepaalt welke maatregelen de netbeheerder kan nemen als geen sprake is van een structureel tekort aan transportcapaciteit, maar van incidentele  congestie. Bij het oplossen hiervan kan de netbeheerder gebruik maken van de flexibiliteit die op grond van artikel 9.1 eerste en tweede lid van de Netcode wordt geboden. Dit door gebruik te maken van ‘marktgebaseerde redispatch’ waarbij de netbeheerder op basis van biedingen de vraag naar transportvermogen verlaagd [artikel 9.1 eerste lid] dan wel door gebruik te maken van het capaciteitsbeperkingscontract van Bijlage 12 van de Netcode [artikel 9.1 tweede lid]. Hierbij ziet een aangeslotene tegen betaling af van het volledige gebruik van zijn overeengekomen aansluit- en transportcapaciteit.

Indien de congestie niet of niet langer incidenteel van aard is, maar de netbeheerder een structureel tekort aan transportcapaciteit vaststelt dan moet de netbeheerder dit conform artikel 9.9 van de Netcode elektriciteit door middel van een vooraankondiging te melden. Vervolgens dient de netbeheerder conform artikel 9.10 van de Netcode [congestie]onderzoek te doen naar de mogelijkheden van toepassing van congestiemanagement, waarbij paragraaf 9.10 en 9.11 van de Netcode regels voor twee verschillende regimes van congestiemanagement bevatten, te weten het marktgebaseerde regime [paragraaf 9.10], bestaande uit de eerder beschreven ‘marktgebaseerde redispatch’ en het capaciteitsbeperkingscontract, en het niet-marktgebaseerde regime [paragraaf 9.11], bestaande uit de inzet van capaciteitsbeperking en ‘verplichte’ redispatch. Bij ‘verplichte’, niet-marktgebaseerde redispatch worden bedrijven verplicht transportcapaciteit aan te bieden tegen een gereguleerde vergoeding.

Extra capaciteit

Afgelopen juni heeft Tennet aangekondigd structurele congestie te verwachten in Noord-Brabant en Limburg en heeft zij conform artikel 9.10 van de Netcode aangegeven onderzoek te doen naar de mogelijkheden van toepassing van congestiemanagement.[1] Uit de bevindingen van dit onderzoek blijkt dat Tennet verwacht dat met de toepassing van congestiemanagement circa 1700 megawatt extra capaciteit beschikbaar kan komen op het elektriciteitsnet in Noord-Brabant en Limburg. Dit door de toepassing van het marktgebaseerde regime,  oftewel door redispatch [al dan niet met contractueel vastgelegde biedplicht] en contracten met een capaciteitsbeperking. Voor bedrijven die transportcapaciteit willen dan wel willen uitbreiden komt in totaal 722 megawatt beschikbaar. Hiermee kunnen Tennet en de regionale netbeheerder Enexis alle grootverbruikers aansluiten, die ten tijde van het verschijnen van het onderzoek op de wacht- of interesselijst stonden. Voor de aanvragers van zonneparken en windmolens komt er 960 megawatt aan extra capaciteit bij. Alhoewel ook dit veel extra ruimte biedt aan duurzame initiatieven, is het volgens Tennet niet voldoende om álle partijen die [ten tijde van het verschijnen van het onderzoek] op de wacht- of interesselijst stonden aan te sluiten. Desalniettemin lijkt er met de toepassing van congestiemanagement voor bedrijven in Noord-Brabant en Limburg weer ruimte te komen op het stroomnet.

[1] https://www.tennet.eu/nl/nieuws/tennet-verwacht-afnameschaarste-het-150-kv-netwerk-brabant-en-limburg-gedurende-de-periode

Robin de Hoon

Robin de Hoon

 

Rutger Boogers
boogers@bgadvocaten.nl